Partijen werken aan betere informatie-uitwisseling slim laden elektrische auto’s
Vandaag 17 april heeft een groot aantal partijen die betrokken zijn bij het slim opladen van elektrische auto’s afgesproken zich in te zetten voor betere uitwisseling van data. Bij slim laden wordt de snelheid en de tijd van het laden aangepast, bijvoorbeeld aan de prijs, de beschikbaarheid van lokaal opgewekte duurzame stroom en/of de ruimte op het stroomnet. Door de data beter uit te wisselen, verbetert het inzicht van de automobilist in het effect van slim laden op de laadsessie en hoe deze te beïnvloeden. Deze afspraak werd gemaakt op het jaarlijkse evenement van de Nationale Agenda Laadinfrastructuur, dat dit keer gehouden werd in Ede.
Dit is een samenwerkingsafspraak tussen partijen die laadpalen beheren en de serviceproviders die gebruikers van abonnementen, apps en laadpassen voorzien. Zij gaan samen werken aan een soepele data-uitwisseling voor een optimale gebruikservaring bij slim laden. De samenwerkingsafspraak is bevestigd door: Vattenfall InCharge, Park&Charge, MultiTankcard, TotalEnergies, Tap Electric, EQUANS, Eneco eMobility, GreenFlux, Last Mile Solutions, Orange Charging, ANWB en Travelcard. De EVRoaming Foundation is betrokken om te borgen dat geleerde lessen als input meegenomen kunnen worden in de doorontwikkeling van roaming protocollen
Beter inzicht in toepassing slim laden
Slim laden is in Nederland bezig met een opmars. Steeds vaker wordt het toegepast: thuis, op straat maar ook bij bedrijven. Het zorgt ervoor dat er geladen wordt tegen lagere stroomprijzen, dat mensen hun eigen zonnestroom optimaal benutten, dat in laadpleinen en parkeergarages de stroomvraag binnen het gecontracteerde vermogen blijft en voorkomt of vermindert pieken in het openbare stroomnet die kunnen leiden tot netcongestie. Hiermee is het slim laden van elektrische auto’s een belangrijk onderdeel van de energietransitie. Voor de automobilist is echter niet altijd duidelijk op welke wijze het slim laden wordt toegepast en wat dat betekent voor zijn laadsessie. Om daar meer duidelijkheid in te kunnen geven is goede data-uitwisseling nodig tussen de verschillende partijen in de keten. Om dit op grote schaal voor elkaar te krijgen slaat een groot aantal bedrijven de handen ineen.
Samenwerking en versnelling
De samenwerking moet opleveren dat de automobilist beter inzicht krijgt in welk vermogen op de laadpaal beschikbaar is op verschillende momenten gedurende de dag. Dat vermogen bepaalt de laadsnelheid en geeft dus inzicht in hoeveel kilowatturen in welke tijd geladen worden. Daarnaast kan de automobilist aangeven dat hij in een bepaald geval direct en met een zo hoog mogelijke snelheid moet laden. Ook daarvoor is goede data-uitwisseling tussen de verschillende partijen van belang. In de toekomst kan daarbij bijvoorbeeld ook nog informatie komen over de vertrektijd van een automobilist en hoe vol de batterij zit.
Lennart Verheijen, die vanuit het programma Slim Laden voor Iedereen werkt aan dit onderwerp, is blij met de stap die in Ede gezet is. Verheijen: ‘De reden dat dit tot op heden nog niet op grote schaal gebeurt, is dat bedrijven op elkaar wachten met de implementatie hiervan en dat de hiervoor noodzakelijke technische interfaces nog deels ontbreken. Met deze samenwerkingsafspraak wordt die situatie doorbroken, waarmee een belangrijke barrière voor het succesvol uitrollen van slim laden weggenomen gaat worden.’
Over Slim Laden voor Iedereen
In het actieprogramma ‘Slim Laden voor Iedereen’ werken partijen uit de laadketen samen om de landelijke uitrol van slim laden te versnellen. Slim laden van elektrische auto’s helpt duurzame stroom beter te benutten, piekdrukte op het stroomnet te verminderen en kosten te besparen voor gebruikers. De ambitie van de NAL (Nationale Agenda Laadinfrastructuur) is dat tegen het eind van 2025 meer dan 60% van de laadsessies van elektrische personenauto’s en bestelwagens in het private (waaronder thuisladen) en (semi-)publieke domein slim zijn.
Over de Nationale Agenda Laadinfrastructuur
De NAL wil ervoor zorgen dat de ontwikkeling van laadinfrastructuur in Nederland aansluit bij de uitrol van alle soorten elektrisch vervoer. Het doel is dat alle elektrische rijders altijd, overal, veilig en slim hun voertuig kunnen opladen. Niet alleen op de eigen oprit, maar ook in de openbare ruimte, op bedrijventerreinen en langs de snelweg. Zonder file op het elektriciteitsnet. De NAL werkt sinds 2019 aan deze opgave.
De NAL is een samenwerking van: het ministerie van Infrastructuur & Waterstaat (I&W), het ministerie van Klimaat en Groene Groei (KGG), de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO), het Formule E-Team, (FET), de Vereniging Nederlandse Gemeenten (VNG), het Interprovinciaal Overleg (IPO), de netbeheerders (uitvoering door ElaadNL) en het Nationaal Kennisplatform Laadinfrastructuur (NKL).